infiltratiekrat voorzien van doek en zandvangput

Om te weten hoeveel water je grond kan absorberen pas je onderstaande formule toe.
De uitkomst noemen we de K-waarde.
Hoe betere de opslagcapaciteit, of beter gezegd de waterdoorlaatbaarheid is van je grond, hoe hoger de K-waarde.

De K-waarde bepaal je als volgt:

stap 1:
Graaf een gat 30 x 30 x 30 cm.

stap 2:
Vul het gat met water en laat leeglopen.
(Dit is bedoelt om te zorgen dat de grond eerst goed vochtig is.)

stap 3:
Vul het gat met water en laat leeglopen.
Neem de tijd op hoe lang het duurt voor het gat leeg is.

stap 4:
Pas de volgende formule toe om te weten hoe goed je grond het water kan opnemen / afvoeren:

Voorbeeld:
Het duurt 29 minuten tot het gat leeg is.
Afgerond een half uur (= 0.5 uur).

Formule:
Het getal dat je hebt gevonden x 3:
• 0.5 (uur) x 3 = 1.5

Deel 24 uur, door deze uitkomst:
• 24 (uur) : 1.5 = 16.

Deze grond heeft een K-waarde van 16.
Met een k-waarde van 16 kan je grond 16 x per 24 uur 1 m3 water kwijt.
Dat is heel veel.

Een K-waarde van 1 is al goed water doorlatend.

Wil je weten welke andere K-waarde goed doorlatend zijn kijk bij de vraag ''Wanneer is de water doorlaatbaarheid van mijn grond goed?''

Door drainagezand of kiezel te gebruiken rond je infiltratiekrat, -put -kolk of Hydrorock zorg je voor een grotere buffer. Dit zand of kiezel heeft namelijk hoge waterdoorlatende eigenschappen. Zodoende maak je een groter oppervlak / massa waar het water makkelijk in weg kan vloeien.

Door de K-waarde te berekenen weet je of je grond zeer goed of juist zeer slecht water doorlatend is.

Hoe je de K-waarde van je grond berekend vind je bij de vraag "Hoe bereken ik hoeveel water mijn grond op kan nemen?"